Ook al ben ik er niet zo'n voorstander om heel erg veel te mopperen en te klagen over de psychiatrie wil ik er wel af en toe ruimte voor maken. Graag probeer ik mensen eerder te stimuleren met alternatieven te komen. Hieronder volgt een brief van Frederika Veenbrink over haar ervaringen met de psychiatrie, welke ik ontving begin november 2011:

"Gisteravond, 3 november 2011 was er schokkend nieuws op het NOS journaal van 8 uur.

Een patiënt in Deventer van Dimence overleed in het ziekenhuis nadat hij zichzelf verwondde in de isoleercel. De nieuwslezer leest op dat de patiënt steeds zieker werd, maar de minister vindt dat de patiënt eerder naar het algemeen ziekenhuis gebracht had moeten worden. Maar dat is het niet, het gaat om de mishandelende manier van werken in de psychiatrie, waardoor deze overledene tot zijn waanhoopsdaden is gekomen.

Psychiaters en hun verpleegkundigen luisterden nooit naar mijn verhaal ook niet naar dat van andere patiënten.
 
Psychiaters waren alleen maar bereid om mij ziek te maken en om mijn gezin helemaal kapot te maken, door mij uit huis te halen en door de kinderen onder jeugdzorg te plaatsen en uit huis te halen. Het is niet alleen zielig voor mij, maar het is vooral ook zielig voor mijn kinderen. Zij zijn elkaar helemaal kwijt geraakt in de rouwverwerking om de dood van hun vader en opname van hun moeder. Mijn echtgenoot overleed nl. een halfjaar daarvoor na een zwaar ziekbed aan alvleesklierkanker.

Onze rouwverwerking werd verstoord door het toedoen van psychiaters van Dimence, dat toen Zwolse Poort heette, die op deze manier geld aan onze situatie hebben verdiend. Ik ben echt mishandeld in de isoleercel en ik werd erg ziek van de medicatie, lithium, die ik moest gaan slikken, omdat de psychiater dacht dat ik Manisch Depressief zou zijn. Ik werd niet getest, maar lijd 'mogelijk' aan die psychiatrische diagnose.
 
In de isoleercel werd ik dagen van de wereld gespoten, de rolgordijnen waren dan naar beneden. 's Nachts gingen Philips lampen van 150 Watt aan en dan werd ik wakker. Ik kreeg geen eten en nauwelijks te drinken. Ik moest mijn eigen urine drinken om in leven te blijven.
 
Psychiaters hebben geprobeerd mij ziek te maken, zonder dat ze geluisterd hebben naar het verhaal over de dood en het zware ziekbed van mijn echtgenoot. Mijn pubers werden uit huis geplaatst, zij begrijpen en dus geloven wat de psychiaters vertelden over mij en ze willen geen contact meer met mij en hun zusje. Gelukkig heb ik wel de zorg terug gekregen voor mijn verstandelijk beperkte dochter, van inmiddels 19 jaar.
 
Door het aan u te schrijven hoop ik dat er publiciteit voor mijn verhaal komt.
 
 
Met vriendelijke groet,
 
Frederika Veenbrink"